Muridae Ferro

Ik wil vertellen van Dagtar de ruimtejutter maar niemand luistert. Deze kroeg stinkt en niemand leent mij één van zijn drie oren om mijn hart aan uit te storten. Dagtar, die met zijn schip op de rand van het heelal niets anders deed dan wachten op wat op hem af dreef. Oude satellieten, kapotgeschoten wrakken, schepen waarvan de bemanning massaal gestorven was. Dagtar enterde alles, stripte de boel en duwde de resten desnoods zelf de rand over. Favoriet bij Dagtar, net zoals bij alle ruimtejutters, waren de ruimtelijken van de Vløch. De Vløch waren een rijk volk dat geloofde dat geluk over de rand lag. Daarom stuurden ze hun doden, voorzien van alle rijkdom, in capsules richting de rand. Als ruimtejutter kon je een jaar lang leven van één capsule, de rest was dan winst. Helaas stierf er maar één Vløch per 100 jaar…

Barman schenk mij nog eens in, van die Anebische room en ach wat, laat ik eens gek doen: een schoteltje ferroblokjes zonder gaten. Kan er ook een raam open? Wiens oor is dit? Het is groot genoeg, laat mij praten.

Dagtar, de ruimtejutter, keek niet op een ruimteleven, ruimtewezen minder of meer. Zo sneuvelde eens een beeldschone Klaquenesse, als enige overgebleven op een schip. Haar technieken konden haar niet redden en nadat hij genoten had was een uitgeschoten nagel voldoende. Die doorboorde één van haar vijf harten dat lag achter haar vierde borst. Een borst die daarvoor nog gekoesterd was. Dagtar was geen fijne man.

Ach u kent mij niet? Muridae Ferro, zo heet ik, wij allemaal. Wij zijn met velen op een schip naar de rand gevaren. Gedreven eigenlijk. Want alhoewel het schip van kunststof was, was de motor van metalen.

Zo kwam het dat Dagtar ons vond, we waren echt met duizenden. Nog voor de sluis volledig aangekoppeld was waren de eersten al bij hem aan boord, bijna stervend van de honger. Toen begon het grote moorden. Maar we moesten wel, gedreven door al dat mooie metaal. Duizenden van ons zijn gestorven tot ik alleen nog over was. En Dagtar… in een schamele capsule.

Barman, nog een schaaltje ferroblokjes graag! Zeg oor, je luistert toch nog wel?

Net voordat we rand passeerden kwam er een Vløch-schip langs. Zo’n ruimtejutterjager. Dagtar werd uit zijn capsule gehaald en ik heb mij aan boord verborgen. De Vløch kenden geen mededogen en Dagtar werd opgeblazen en leeggepompt. Zijn gele vel werd aan de muur gehangen naast een bordje met zijn hoofd. Voor de zekerheid ben ik wat stiller gaan knagen. Zo kwam ik hier zonder mezelf te verliezen.

Ik zie u lachen, merk dat u mij niet geloofd. Kijk hier jij oor, ik ben niet dronken! Hier in deze ruimtekrant. “S.S. ‘Alpha I Top’ geheel opgevroten” en “Dagtar de ruimtejutter verliest zijn kop!”

6 Responses to “Muridae Ferro”

  1. Drs. Johan Arendt Happolati Says:

    Heer Muisgrijs,
    U weet het misschien al, maar de sciencefiction was mijn eerste liefde. Vandaar dat ik erg heb genoten van dit bevreemdende stukje proza.
    Hierpast alleen verwondering en een milde vorm van paniek. Door jarenlange oefening kan ik de sfeer van dit logje erg goed proeven.
    Met vriendelijke groeten.
    Uw Drs.

  2. MG Says:

    Beste Drs.,

    Aangezien de inspiratie lichtelijk (Iets met zeilen en quarks 🙂 )bij uw log vandaan kwam heb ik u dan ook (verstopt) verwerkt in dit verhaal. Een soort ‘dank u’, zeg maar… 😀 Bij deze nog een keer!

  3. Drs. Johan Arendt Happolati Says:

    Allez gij!

    =
    U meent het ! (op z’n vlaams dan)
    😀

  4. urbain alpain Says:

    Heer Muisgrijs,
    Als hevige tegenstander van SF-verhalen was ik toch uitermate gefascineerd door die beeldschone Klaquenesse met haar vier borsten. Je gaat je als liefhebber dan toch ook meteen zo’n bustenhouder voor de geest halen. In vierdimensionele gedachten voer ik genietend tot op de rand van een intergalactische erectie. En dat weet wat op mijn leeftijd!

  5. MG Says:

    Meneer Alpain… Dat verhaal van die Klaquenesse… da’s een verhaal apart en zal, ijs en weder dienende, verteld gaan worden. Ik hoop alleen dat er dan nog plaats overblijft in dit universum of beheerst u zich een beetje? 😀 (Leuk een stereoreactie)

  6. kerstin Says:

    Haha, dit wordt een bijna-alleen-maar- mannen-log…Stelletje klaquenessedromers..
    Heer Urbain… gaat het nu weer een beetje 😆

Leave a Reply